donderdag, oktober 08, 2009

Haat, maar vooral liefde

Mijn voorkeur voor Automobielen heb ik ook in deze blogspot nooit onder stoelen en banken geschoven. Twee jaar geleden al hebben we via Ebay een Mercedes gekocht met het idee om deze later weer te verkopen. Een handeltje dus. Een beetje in de waan van die dag en enthousiast gemaakt door anderen die al meermalen hetzelfde hadden gedaan en, met goed gevolg, we hadden de Mercedes als niet rijdend vehikel gekocht in de buurt van Lyon. Opgehaald met een auto-ambulance kwam de auto hier op het land te staan. Als niet, technisch geheel achterlijk, begon ik direct te sleutelen aan het ding. Ook weer, via Ebay nieuwe onderdelen gevonden en deze op de auto gemonteerd. Niet geheel zonder succes maar toch ook niet met het gewenste resultaat. De auto begon het een beetje te doen maar daar was toch wel alles mee gezegd.
Het werd tijd dat iemand met verstand van zaken naar het ding zou kijken. Aan de andere kant mag het ook weer niet te veel kosten want dat zou de handelsprijs van het ding ondermijnen. Via een "voor wat hoort wat" constructie, zeg maar een moderne crises-economie variant, hebben we vriend Paul bereidt gevonden om zijn kostbare tijd in onze auto te steken.
De Mercedes 230e, type123, rijdt weer als een taxi. Want dat is het toch eigenlijk wel. In mijn jeugd in Amsterdam moest ik regelmatig voor deze on-dingen, opzij springen. Amsterdam was vergeven van dit model al was dat wel de diesel variant. Allemachtig, wat haatte ik die dingen.
We hebben hem onlangs bij Paul opgehaald, zonder taxi bordje op het dak. Een raar feest van herkenning kwam over mij toen ik de ster over de kronkelwegen stuurde.
Als kind zat ik regelmatig in het midden op de achterbank van de Mercedes van mijn vader, geheel in mijn eigen gedachtewereld alsof ik in een geschutskoepel zat, kijkend tussen de voorstoelen door. De ster voor op de motorkap diende als vizier, via waarmee, ik toevallige passanten probeerde te raken. Ik was toen al geoefend dagdromer.
Nu ik reed voor het eerst weer in zo'n Mercedes en meteen begon ik de ster weer als vizier te zien. Met gevaar voor eigen leven probeerde ik zo goed mogelijk positie te kiezen in het midden van de auto. De bestuurders stoel zit namelijk heel onhandig uit het midden aan de linkerzijde van de auto. Zo kan ik natuurlijk nooit goed mikken. Toch voelde ik mij weer even negen jaar oud en ik hoop dat gevoel nog vaker tegen te komen.


Hans Faber